Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

0‑9

a

b

e

i

jln

o

t

u

y

3e

-ac

d

e

gjk

l

m

n

oñq

r

s

t

xyz

4e

a

e

il

o

rt

5e

,-

b

d

gim

no

r

st

6e

-

e

ios

7e

_a

_c

_d

_f

a

ai

am

an

as

<-- Vorige/ Anterior

palabras de woorden van

MIRAR ..... MIRARASz

Volgende/ Siguiente -->

	Spaans/español		Nederlands/holandés
	mirarinfinitivo de un verbo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   we  wn  ci conjugaciones del INDICATIVO Presente Préterito indefinido Miro Miré Miras Miraste Mira Miró Miramos Miramos Miráis Mirasteis Miran Miraron Futuro/Condicional Préterito imperfecto  Mirar é ía Miraba Mirar ás ías Mirabas Mirar á ía Miraba Mirar emos íamos Mirábamos Mirar éis íais Mirabais Mirar án ían Miraban   cs conjugaciones del SUBJUNTIVO Presente Préterito imperfect ra Mire Mirara Mires Miraras Mire Mirara Miremos Miráramos Miréis Mirarais Miren Miraran Futuro Préterito imperfecto se Mirare Mirase Mirares Mirases Mirare Mirase Miráremos Mirásemos Mirareis Miraseis Miraren Mirasen   cp conjugaciones del IMPERATIVO afirmativo negativo Mira (tú) No mires Mire (usted) No mire Miremos (nosotros) No miremos Mirad (vosotros) No miréis Miren (ustedes) No miren Formas impersonales participio pasado     Gerundio Mirado Mirando	1.	een blik werpenwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: een blik wer·pen Verbuiging: een blik werpen - wierp een blik - een blik geworpen
			een blik werpen opwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: een blik wer·pen op Verbuiging: een blik werpen op - wierp een blik op - een blik geworpen op
		2Poner la vista en.	aanblikkenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: aan·blik·ken In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: aanblikken - blikte aan - aangeblikt Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
			aankijkenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: aan·kij·ken In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: aankijken - keek aan - aangekeken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
		3.	bekijkenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: be·kij·ken In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: bekijken - bekeek - bekeken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn  we
			blikkenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: blik·ken In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: blikken - blikte - geblikt Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn  w
			kijkenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: kij·ken In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: kijken - keek - gekeken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn  we  w
			kijken naarwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: kij·ken naar Verbuiging: kijken naar - keek naar - gekeken naar Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Kijken').
			schouwenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: schou·wen In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: schouwen - schouwde - geschouwd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn  w
			toekijkenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: toe·kij·ken In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: toekijken - keek toe - toegekeken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
			toezienwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: toe·zien In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: toezien - zag toe - toegezien Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
	mirar"mirar ávidamente": locución verbal Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   ávidamente		lonkenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: lon·ken In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: lonken - lonkte - gelonkt Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
	mirar"mirar con la boca abierta": locución verbal Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   con Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'con'   la Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'la'   boca Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'boca'   abierta Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abierta'   spalabras relacionadas: --------------------- Estar boquiabierto Estar embobado		aangapenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: aan·ga·pen In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: aangapen - gaapte aan - aangegaapt Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
	mirar de reojo"mirar de reojo": locución verbal 1. loc. verb. Mirar disimuladamente dirigiendo la vista por encima del hombro, o hacia un lado y sin volver la cabeza. 2. loc. verb. Mirar con prevención hostil o enfado. Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la expresión 'mirar de reojo' que está descrito en la palabra 'reojo'		uit de ooghoeken kijkenwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: uit de oog·hoe·ken kij·ken Verbuiging: uit de ooghoeken kijken - keek uit de ooghoeken - uit de ooghoeken gekeken
	mirar"mirar de reojo a": locución verbal Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'		van opzij aankijkenwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: van op·zij aan·kij·ken Verbuiging: van opzij aankijken - keek van opzij aan - van opzij aangekeken
			zijdelings aankijkenwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: zij·de·lings aan·kij·ken Verbuiging: zijdelings aankijken - keek zijdelings aan - zijdelings aangekeken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Zijdelings').
	mirar"mirar disimuladamente a": locución verbal Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   disimuladamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'disimuladamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'		gluren naarwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: glu·ren naar Verbuiging: gluren naar - gluurde naar - gegluurd naar Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Gluren').
			stiekem kijken naarwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: stie·kem kij·ken naar Verbuiging: stiekem kijken naar - keek stiekem naar - stiekem gekeken naar
	mirar"mirar fijamente a": locución verbal Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   fijamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fijamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'		staren naarwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: sta·ren naar Verbuiging: staren naar - staarde naar - gestaard naar Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Staren').
	miraratercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blik opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen op'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		ik wierp een blik opeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen op' Één lettergreep
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wierp een blikderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		ik wierp een blikeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen' Één lettergreep
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró Ponía la vista en Puse la vista en Pusiera la vista en Pusiese la vista en Puso la vista en	2Poner la vista en.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blikte aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aanblikken'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró Ponía la vista en Puse la vista en Pusiera la vista en Pusiese la vista en Puso la vista en		ik blikte aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aanblikken' Lettergrepen: ik blik·te aan Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aanblikken').   wn
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró Ponía la vista en Puse la vista en Pusiera la vista en Pusiese la vista en Puso la vista en		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aankijken'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró Ponía la vista en Puse la vista en Pusiera la vista en Pusiese la vista en Puso la vista en		ik keek aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aankijken' Één lettergreep Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aankijken').   wn
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró	3.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bekeekderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bekijken'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		ik bekeekeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bekijken' Lettergrepen: ik be·keek Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bekijken').   wn  we
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bliktederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'blikken'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		ik blikteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'blikken' Lettergrepen: ik blik·te Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Blikken').   wn
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek naarderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kijken naar'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		ik keek naareerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kijken naar' Één lettergreep Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Kijken').
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek toederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toekijken'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		ik keek toeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toekijken' Één lettergreep Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Toekijken').   wn
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keekderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kijken'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		ik keekeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kijken' Één lettergreep Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Kijken').   wn  we
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze schouwdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schouwen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		ik schouwdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schouwen' Lettergrepen: ik schouw·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Schouwen').   wn
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zag toederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toezien'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraba Mirase Miré Miró		ik zag toeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toezien' Één lettergreep Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Toezien').   wn
	mirarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'mirar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Mirare	1.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal een blik werpen opderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen op'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal een blik werpenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen'
		2Poner la vista en.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aanblikkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanblikken'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aankijkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aankijken'
		3.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal bekijkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bekijken'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal blikkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'blikken'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kijken naarderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kijken naar'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal kijkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kijken'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal schouwenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'schouwen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toekijkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toekijken'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal toezienderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toezien'
	mirara"mirara ávidamente": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar ávidamente' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   ávidamente   spalabras relacionadas: --------------------- Miraba ávidamente Mirase ávidamente Miré ávidamente Miró ávidamente		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze lonktederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'lonken'
	_"mirara ávidamente": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar ávidamente'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraba ávidamente Mirase ávidamente Miré ávidamente Miró ávidamente		ik lonkteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'lonken' Lettergrepen: ik lonk·te Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Lonken').   wn
	mirará"mirará ávidamente": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'mirar ávidamente' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   ávidamente   spalabras relacionadas: --------------------- Mirare ávidamente		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal lonkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'lonken'
	mirara"mirara con la boca abierta": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar con la boca abierta' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   con Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'con'   la Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'la'   boca Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'boca'   abierta Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abierta'   spalabras relacionadas: --------------------- Estaba boquiabierto Estaba embobado Estuve boquiabierto Estuve embobado Estuviera boquiabierto Estuviera embobado Estuviese boquiabierto Estuviese embobado Estuvo boquiabierto Estuvo embobado Miraba con la boca abierta Mirase con la boca abierta Miré con la boca abierta Miró con la boca abierta		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gaapte aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aangapen'
	_"mirara con la boca abierta": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar con la boca abierta'   spalabras relacionadas: --------------------- Estaba boquiabierto Estaba embobado Estuve boquiabierto Estuve embobado Estuviera boquiabierto Estuviera embobado Estuviese boquiabierto Estuviese embobado Estuvo boquiabierto Estuvo embobado Miraba con la boca abierta Mirase con la boca abierta Miré con la boca abierta Miró con la boca abierta		ik gaapte aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aangapen' Lettergrepen: ik gaap·te aan Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aangapen').   wn
	mirará"mirará con la boca abierta": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'mirar con la boca abierta' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   con Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'con'   la Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'la'   boca Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'boca'   abierta Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abierta'   spalabras relacionadas: --------------------- Estará boquiabierto Estará embobado Estuviere boquiabierto Estuviere embobado Mirare con la boca abierta		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal aangapenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aangapen'
	mirara"mirara de reojo": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar de reojo' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraba de reojo Mirase de reojo Miré de reojo Miró de reojo		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek uit de ooghoekenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uit de ooghoeken kijken'
	_"mirara de reojo": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar de reojo'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraba de reojo Mirase de reojo Miré de reojo Miró de reojo		ik keek uit de ooghoekeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uit de ooghoeken kijken' Lettergrepen: ik keek uit de oog·hoe·ken
	mirará"mirará de reojo": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'mirar de reojo' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirare de reojo		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal uit de ooghoeken kijkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uit de ooghoeken kijken'
	mirara"mirara de reojo a": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar de reojo a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraba de reojo a Mirase de reojo a Miré de reojo a Miró de reojo a		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek van opzij aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'van opzij aankijken'
	_"mirara de reojo a": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar de reojo a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraba de reojo a Mirase de reojo a Miré de reojo a Miró de reojo a		ik keek van opzij aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'van opzij aankijken' Lettergrepen: ik keek van op·zij aan
	_"mirara de reojo a": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar de reojo a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraba de reojo a Mirase de reojo a Miré de reojo a Miró de reojo a		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek zijdelings aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zijdelings aankijken'
	_"mirara de reojo a": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar de reojo a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraba de reojo a Mirase de reojo a Miré de reojo a Miró de reojo a		ik keek zijdelings aaneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zijdelings aankijken' Lettergrepen: ik keek zij·de·lings aan Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Zijdelings').
	mirará"mirará de reojo a": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'mirar de reojo a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirare de reojo a		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal van opzij aankijkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'van opzij aankijken'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zijdelings aankijkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zijdelings aankijken'
	mirara"mirara disimuladamente a": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar disimuladamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   disimuladamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'disimuladamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraba disimuladamente a Mirase disimuladamente a Miré disimuladamente a Miró disimuladamente a		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze gluurde naarderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gluren naar'
	_"mirara disimuladamente a": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar disimuladamente a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraba disimuladamente a Mirase disimuladamente a Miré disimuladamente a Miró disimuladamente a		ik gluurde naareerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gluren naar' Lettergrepen: ik gluur·de naar Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Gluren').
	_"mirara disimuladamente a": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar disimuladamente a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraba disimuladamente a Mirase disimuladamente a Miré disimuladamente a Miró disimuladamente a		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze keek stiekem naarderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'stiekem kijken naar'
	_"mirara disimuladamente a": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar disimuladamente a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraba disimuladamente a Mirase disimuladamente a Miré disimuladamente a Miró disimuladamente a		ik keek stiekem naareerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'stiekem kijken naar' Lettergrepen: ik keek stie·kem naar
	mirará"mirará disimuladamente a": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'mirar disimuladamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   disimuladamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'disimuladamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirare disimuladamente a		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal gluren naarderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gluren naar'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal stiekem kijken naarderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'stiekem kijken naar'
	mirara"mirara fijamente a": tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar fijamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   fijamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fijamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraba fijamente a Mirase fijamente a Miré fijamente a Miró fijamente a		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze staarde naarderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'staren naar'
	_"mirara fijamente a": primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar fijamente a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraba fijamente a Mirase fijamente a Miré fijamente a Miró fijamente a		ik staarde naareerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'staren naar' Lettergrepen: ik staar·de naar Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Staren').
	mirará"mirará fijamente a": tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'mirar fijamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   fijamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fijamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirare fijamente a		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal staren naarderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'staren naar'
	miraraissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Mirabais Miraseis Mirasteis	1.	jullie wierpen een blik optweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen op' Lettergrepen: jul·lie wier·pen een blik op
			jullie wierpen een bliktweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen' Lettergrepen: jul·lie wier·pen een blik
		2Poner la vista en.	jullie blikten aantweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aanblikken' Lettergrepen: jul·lie blik·ten aan Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aanblikken').   wn
			jullie keken aantweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aankijken' Lettergrepen: jul·lie ke·ken aan Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aankijken').   wn
		3.	jullie bekekentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bekijken' Lettergrepen: jul·lie be·ke·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Bekijken').   wn  we
			jullie bliktentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'blikken' Lettergrepen: jul·lie blik·ten Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Blikken').   wn
			jullie keken naartweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kijken naar' Lettergrepen: jul·lie ke·ken naar Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Kijken').
			jullie keken toetweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toekijken' Lettergrepen: jul·lie ke·ken toe Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Toekijken').   wn
			jullie kekentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kijken' Lettergrepen: jul·lie ke·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Kijken').   wn  we
			jullie schouwdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schouwen' Lettergrepen: jul·lie schouw·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Schouwen').   wn
			jullie zagen toetweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toezien' Lettergrepen: jul·lie za·gen toe Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Toezien').   wn
	mirarais"mirarais ávidamente": segunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar ávidamente' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   ávidamente   spalabras relacionadas: --------------------- Mirabais ávidamente Miraseis ávidamente Mirasteis ávidamente		jullie lonktentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'lonken' Lettergrepen: jul·lie lonk·ten Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Lonken').   wn
	mirarais"mirarais con la boca abierta": segunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar con la boca abierta' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   con Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'con'   la Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'la'   boca Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'boca'   abierta Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abierta'   spalabras relacionadas: --------------------- Estabais boquiabierto Estabais embobado Estuvierais boquiabierto Estuvierais embobado Estuvieseis boquiabierto Estuvieseis embobado Estuvisteis boquiabierto Estuvisteis embobado Mirabais con la boca abierta Miraseis con la boca abierta Mirasteis con la boca abierta		jullie gaapten aantweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aangapen' Lettergrepen: jul·lie gaap·ten aan Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Aangapen').   wn
	mirarais"mirarais de reojo": segunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar de reojo' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirabais de reojo Miraseis de reojo Mirasteis de reojo		jullie keken uit de ooghoekentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uit de ooghoeken kijken' Lettergrepen: jul·lie ke·ken uit de oog·hoe·ken
	mirarais"mirarais de reojo a": segunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar de reojo a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirabais de reojo a Miraseis de reojo a Mirasteis de reojo a		jullie keken van opzij aantweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'van opzij aankijken' Lettergrepen: jul·lie ke·ken van op·zij aan
			jullie keken zijdelings aantweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zijdelings aankijken' Lettergrepen: jul·lie ke·ken zij·de·lings aan Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Zijdelings').
	mirarais"mirarais disimuladamente a": segunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar disimuladamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   disimuladamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'disimuladamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirabais disimuladamente a Miraseis disimuladamente a Mirasteis disimuladamente a		jullie gluurden naartweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gluren naar' Lettergrepen: jul·lie gluur·den naar Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Gluren').
			jullie keken stiekem naartweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'stiekem kijken naar' Lettergrepen: jul·lie ke·ken stie·kem naar
	mirarais"mirarais fijamente a": segunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar fijamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   fijamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fijamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirabais fijamente a Miraseis fijamente a Mirasteis fijamente a		jullie staarden naartweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'staren naar' Lettergrepen: jul·lie staar·den naar Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Staren').
	miráramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Mirábamos Miramos Mirásemos	1.	wij/we wierpen een blik opeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen op'
			wij/we wierpen een blikeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen'
		2Poner la vista en.	wij/we blikten aaneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aanblikken'
			wij/we keken aaneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aankijken'
		3.	wij/we bekekeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bekijken'
			wij/we blikteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'blikken'
			wij/we keken naareerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kijken naar'
			wij/we keken toeeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toekijken'
			wij/we kekeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kijken'
			wij/we schouwdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schouwen'
			wij/we zagen toeeerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toezien'
	miráramos"miráramos ávidamente": primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar ávidamente' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   ávidamente   spalabras relacionadas: --------------------- Mirábamos ávidamente Miramos ávidamente Mirásemos ávidamente		wij/we lonkteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'lonken'
	miráramos"miráramos con la boca abierta": primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar con la boca abierta' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   con Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'con'   la Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'la'   boca Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'boca'   abierta Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abierta'   spalabras relacionadas: --------------------- Estábamos boquiabierto Estábamos embobado Estuviéramos boquiabierto Estuviéramos embobado Estuviésemos boquiabierto Estuviésemos embobado Estuvimos boquiabierto Estuvimos embobado Mirábamos con la boca abierta Miramos con la boca abierta Mirásemos con la boca abierta		wij/we gaapten aaneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aangapen'
	miráramos"miráramos de reojo": primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar de reojo' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirábamos de reojo Miramos de reojo Mirásemos de reojo		wij/we keken uit de ooghoekeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uit de ooghoeken kijken'
	miráramos"miráramos de reojo a": primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar de reojo a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirábamos de reojo a Miramos de reojo a Mirásemos de reojo a		wij/we keken van opzij aaneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'van opzij aankijken'
			wij/we keken zijdelings aaneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zijdelings aankijken'
	miráramos"miráramos disimuladamente a": primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar disimuladamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   disimuladamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'disimuladamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirábamos disimuladamente a Miramos disimuladamente a Mirásemos disimuladamente a		wij/we gluurden naareerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gluren naar'
			wij/we keken stiekem naareerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'stiekem kijken naar'
	miráramos"miráramos fijamente a": primera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar fijamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   fijamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fijamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirábamos fijamente a Miramos fijamente a Mirásemos fijamente a		wij/we staarden naareerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'staren naar'
	mirarantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraban Miraron Mirasen	1.	zij/ze wierpen een blik opderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen op'
			zij/ze wierpen een blikderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen'
		2Poner la vista en.	zij/ze blikten aanderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aanblikken'
			zij/ze keken aanderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aankijken'
		3.	zij/ze bekekenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bekijken'
			zij/ze bliktenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'blikken'
			zij/ze keken naarderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kijken naar'
			zij/ze keken toederde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toekijken'
			zij/ze kekenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kijken'
			zij/ze schouwdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schouwen'
			zij/ze zagen toederde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toezien'
	mirarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'mirar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Miraren	1.	zij/ze zullen een blik werpen opderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen op'
			zij/ze zullen een blik werpenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen'
		2Poner la vista en.	zij/ze zullen aanblikkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanblikken'
			zij/ze zullen aankijkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aankijken'
		3.	zij/ze zullen bekijkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bekijken'
			zij/ze zullen blikkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'blikken'
			zij/ze zullen kijken naarderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kijken naar'
			zij/ze zullen kijkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kijken'
			zij/ze zullen schouwenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'schouwen'
			zij/ze zullen toekijkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toekijken'
			zij/ze zullen toezienderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toezien'
	miraran"miraran ávidamente": tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar ávidamente' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   ávidamente   spalabras relacionadas: --------------------- Miraban ávidamente Miraron ávidamente Mirasen ávidamente		zij/ze lonktenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'lonken'
	mirarán"mirarán ávidamente": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'mirar ávidamente' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   ávidamente   spalabras relacionadas: --------------------- Miraren ávidamente		zij/ze zullen lonkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'lonken'
	miraran"miraran con la boca abierta": tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar con la boca abierta' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   con Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'con'   la Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'la'   boca Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'boca'   abierta Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abierta'   spalabras relacionadas: --------------------- Estaban boquiabierto Estaban embobado Estuvieran boquiabierto Estuvieran embobado Estuvieron boquiabierto Estuvieron embobado Estuviesen boquiabierto Estuviesen embobado Miraban con la boca abierta Miraron con la boca abierta Mirasen con la boca abierta		zij/ze gaapten aanderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aangapen'
	mirarán"mirarán con la boca abierta": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'mirar con la boca abierta' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   con Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'con'   la Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'la'   boca Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'boca'   abierta Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abierta'   spalabras relacionadas: --------------------- Estarán boquiabierto Estarán embobado Estuvieren boquiabierto Estuvieren embobado Miraren con la boca abierta		zij/ze zullen aangapenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aangapen'
	miraran"miraran de reojo": tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar de reojo' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraban de reojo Miraron de reojo Mirasen de reojo		zij/ze keken uit de ooghoekenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uit de ooghoeken kijken'
	mirarán"mirarán de reojo": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'mirar de reojo' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraren de reojo		zij/ze zullen uit de ooghoeken kijkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uit de ooghoeken kijken'
	miraran"miraran de reojo a": tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar de reojo a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraban de reojo a Miraron de reojo a Mirasen de reojo a		zij/ze keken van opzij aanderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'van opzij aankijken'
			zij/ze keken zijdelings aanderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zijdelings aankijken'
	mirarán"mirarán de reojo a": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'mirar de reojo a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraren de reojo a		zij/ze zullen van opzij aankijkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'van opzij aankijken'
			zij/ze zullen zijdelings aankijkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zijdelings aankijken'
	miraran"miraran disimuladamente a": tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar disimuladamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   disimuladamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'disimuladamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraban disimuladamente a Miraron disimuladamente a Mirasen disimuladamente a		zij/ze gluurden naarderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gluren naar'
			zij/ze keken stiekem naarderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'stiekem kijken naar'
	mirarán"mirarán disimuladamente a": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'mirar disimuladamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   disimuladamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'disimuladamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraren disimuladamente a		zij/ze zullen gluren naarderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gluren naar'
			zij/ze zullen stiekem kijken naarderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'stiekem kijken naar'
	miraran"miraran fijamente a": tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar fijamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   fijamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fijamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraban fijamente a Miraron fijamente a Mirasen fijamente a		zij/ze staarden naarderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'staren naar'
	mirarán"mirarán fijamente a": tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'mirar fijamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   fijamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fijamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Miraren fijamente a		zij/ze zullen staren naarderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'staren naar'
	mirarassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Mirabas Mirases Miraste	1.	jij/je wierp een blik optweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen op'
			jij/je wierp een bliktweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen'
		2Poner la vista en.	jij/je blikte aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aanblikken'
			jij/je keek aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aankijken'
		3.	jij/je bekeektweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bekijken'
			jij/je bliktetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'blikken'
			jij/je keek naartweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kijken naar'
			jij/je keek toetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toekijken'
			jij/je keektweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'kijken'
			jij/je schouwdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schouwen'
			jij/je zag toetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'toezien'
	mirarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'mirar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   we  wn  spalabras relacionadas: --------------------- Mirares	1.	jij/je zal een blik werpen optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen op'
			jij/je zal een blik werpentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'een blik werpen'
		2Poner la vista en.	jij/je zal aanblikkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aanblikken'
			jij/je zal aankijkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aankijken'
		3.	jij/je zal bekijkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bekijken'
			jij/je zal blikkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'blikken'
			jij/je zal kijken naartweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kijken naar'
			jij/je zal kijkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'kijken'
			jij/je zal schouwentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'schouwen'
			jij/je zal toekijkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toekijken'
			jij/je zal toezientweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'toezien'
	miraras"miraras ávidamente": segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar ávidamente' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   ávidamente   spalabras relacionadas: --------------------- Mirabas ávidamente Mirases ávidamente Miraste ávidamente		jij/je lonktetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'lonken'
	mirarás"mirarás ávidamente": segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'mirar ávidamente' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   ávidamente   spalabras relacionadas: --------------------- Mirares ávidamente		jij/je zal lonkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'lonken'
	miraras"miraras con la boca abierta": segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar con la boca abierta' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   con Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'con'   la Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'la'   boca Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'boca'   abierta Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abierta'   spalabras relacionadas: --------------------- Estabas boquiabierto Estabas embobado Estuvieras boquiabierto Estuvieras embobado Estuvieses boquiabierto Estuvieses embobado Estuviste boquiabierto Estuviste embobado Mirabas con la boca abierta Mirases con la boca abierta Miraste con la boca abierta		jij/je gaapte aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'aangapen'
	mirarás"mirarás con la boca abierta": segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'mirar con la boca abierta' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   con Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'con'   la Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'la'   boca Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'boca'   abierta Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'abierta'   spalabras relacionadas: --------------------- Estarás boquiabierto Estarás embobado Estuvieres boquiabierto Estuvieres embobado Mirares con la boca abierta		jij/je zal aangapentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'aangapen'
	miraras"miraras de reojo": segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar de reojo' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirabas de reojo Mirases de reojo Miraste de reojo		jij/je keek uit de ooghoekentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'uit de ooghoeken kijken'
	mirarás"mirarás de reojo": segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'mirar de reojo' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirares de reojo		jij/je zal uit de ooghoeken kijkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'uit de ooghoeken kijken'
	miraras"miraras de reojo a": segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar de reojo a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirabas de reojo a Mirases de reojo a Miraste de reojo a		jij/je keek van opzij aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'van opzij aankijken'
			jij/je keek zijdelings aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zijdelings aankijken'
	mirarás"mirarás de reojo a": segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'mirar de reojo a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   de Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'   reojo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'reojo'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirares de reojo a		jij/je zal van opzij aankijkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'van opzij aankijken'
			jij/je zal zijdelings aankijkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zijdelings aankijken'
	miraras"miraras disimuladamente a": segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar disimuladamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   disimuladamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'disimuladamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirabas disimuladamente a Mirases disimuladamente a Miraste disimuladamente a		jij/je gluurde naartweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'gluren naar'
			jij/je keek stiekem naartweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'stiekem kijken naar'
	mirarás"mirarás disimuladamente a": segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'mirar disimuladamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   disimuladamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'disimuladamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirares disimuladamente a		jij/je zal gluren naartweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'gluren naar'
			jij/je zal stiekem kijken naartweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'stiekem kijken naar'
	miraras"miraras fijamente a": segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mirar fijamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   fijamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fijamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirabas fijamente a Mirases fijamente a Miraste fijamente a		jij/je staarde naartweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'staren naar'
	mirarás"mirarás fijamente a": segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'mirar fijamente a' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mirar'   fijamente Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'fijamente'   a Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'   spalabras relacionadas: --------------------- Mirares fijamente a		jij/je zal staren naartweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'staren naar'

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

0‑9

a

b

e

i

jln

o

t

u

y

3e

-ac

d

e

gjk

l

m

n

oñq

r

s

t

xyz

4e

a

e

il

o

rt

5e

,-

b

d

gim

no

r

st

6e

-

e

ios

7e

_a

_c

_d

_f

a

ai

am

an

as

<-- Vorige/ Anterior

palabras de woorden van

MIRAR ..... MIRARASz

Volgende/ Siguiente -->

boven