Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

0‑9

a

b

e

i

jln

o

t

u

y

3e

ac

d

e

f

g

hijk

l

noñ

r

s

tyz

4e

-acegh

iklos

t

u

5e

i

6e

a

eo

7e

-b

dim

no

r

st

8e

a

e

i

o

s

<-- Vorige/ Anterior

palabras comenzando con woorden beginnend met

MUSTIAR

Volgende/ Siguiente -->

	Spaans/español		Nederlands/holandés
	mustiarinfinitivo de un verbo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcir Marchitar  ci conjugaciones del INDICATIVO Presente Préterito indefinido Mustio Mustié Mustias Mustiaste Mustia Mustió Mustiamos Mustiamos Mustiáis Mustiasteis Mustian Mustiaron Futuro/Condicional Préterito imperfecto  Mustiar é ía Mustiaba Mustiar ás ías Mustiabas Mustiar á ía Mustiaba Mustiar emos íamos Mustiábamos Mustiar éis íais Mustiabais Mustiar án ían Mustiaban   cs conjugaciones del SUBJUNTIVO Presente Préterito imperfect ra Mustie Mustiara Musties Mustiaras Mustie Mustiara Mustiemos Mustiáramos Mustiéis Mustiarais Mustien Mustiaran Futuro Préterito imperfecto se Mustiare Mustiase Mustiares Mustiases Mustiare Mustiase Mustiáremos Mustiásemos Mustiareis Mustiaseis Mustiaren Mustiasen   cp conjugaciones del IMPERATIVO afirmativo negativo Mustia (tú) No musties Mustie (usted) No mustie Mustiemos (nosotros) No mustiemos Mustiad (vosotros) No mustiéis Mustien (ustedes) No mustien Formas impersonales participio pasado     Gerundio Mustiado Mustiando	1Marcir Marchitar.	doen verflensenwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: doen ver·flen·sen Verbuiging: doen verflensen - deed verflensen - gedaan verflensen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
			doen verleppenwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: doen ver·lep·pen Verbuiging: doen verleppen - deed verleppen - gedaan verleppen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
			doen verwelkenwerkwoordsvorm ww Lettergrepen: doen ver·wel·ken Verbuiging: doen verwelken - deed verwelken - gedaan verwelken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	ontzenuwenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: ont·ze·nu·wen In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: ontzenuwen - ontzenuwde - ontzenuwd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
			verzwakkenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: ver·zwak·ken In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: verzwakken - verzwakte - verzwakt Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
	mustiaratercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcí Marcía Marciera Marciese Marció Marchitaba Marchitara Marchitase Marchité Marchitó Mustiaba Mustiase Mustié Mustió	1Marcir Marchitar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed verflensenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcí Marcía Marciera Marciese Marció Marchitaba Marchitara Marchitase Marchité Marchitó Mustiaba Mustiase Mustié Mustió		ik deed verflenseneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen' Lettergrepen: ik deed ver·flen·sen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcí Marcía Marciera Marciese Marció Marchitaba Marchitara Marchitase Marchité Marchitó Mustiaba Mustiase Mustié Mustió		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed verleppenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcí Marcía Marciera Marciese Marció Marchitaba Marchitara Marchitase Marchité Marchitó Mustiaba Mustiase Mustié Mustió		ik deed verleppeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen' Lettergrepen: ik deed ver·lep·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcí Marcía Marciera Marciese Marció Marchitaba Marchitara Marchitase Marchité Marchitó Mustiaba Mustiase Mustié Mustió		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze deed verwelkenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcí Marcía Marciera Marciese Marció Marchitaba Marchitara Marchitase Marchité Marchitó Mustiaba Mustiase Mustié Mustió		ik deed verwelkeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken' Lettergrepen: ik deed ver·wel·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcí Marcía Marciera Marciese Marció Marchitaba Marchitara Marchitase Marchité Marchitó Me marcí Me marcía Me marciera Me marciese Me marchitaba Me marchitara Me marchitase Me marchité Me mustiaba Me mustiara Me mustiase Me mustié Mustiaba Mustiase Mustié Mustió Se marcía Se marciera Se marciese Se marció Se marchitaba Se marchitara Se marchitase Se marchitó Se mustiaba Se mustiara Se mustiase Se mustió	2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontzenuwdederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcí Marcía Marciera Marciese Marció Marchitaba Marchitara Marchitase Marchité Marchitó Me marcí Me marcía Me marciera Me marciese Me marchitaba Me marchitara Me marchitase Me marchité Me mustiaba Me mustiara Me mustiase Me mustié Mustiaba Mustiase Mustié Mustió Se marcía Se marciera Se marciese Se marció Se marchitaba Se marchitara Se marchitase Se marchitó Se mustiaba Se mustiara Se mustiase Se mustió		ik ontzenuwdeeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen' Lettergrepen: ik ont·ze·nuw·de Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Ontzenuwen').   wn
	_tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcí Marcía Marciera Marciese Marció Marchitaba Marchitara Marchitase Marchité Marchitó Me marcí Me marcía Me marciera Me marciese Me marchitaba Me marchitara Me marchitase Me marchité Me mustiaba Me mustiara Me mustiase Me mustié Mustiaba Mustiase Mustié Mustió Se marcía Se marciera Se marciese Se marció Se marchitaba Se marchitara Se marchitase Se marchitó Se mustiaba Se mustiara Se mustiase Se mustió		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze verzwaktederde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	_primera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcí Marcía Marciera Marciese Marció Marchitaba Marchitara Marchitase Marchité Marchitó Me marcí Me marcía Me marciera Me marciese Me marchitaba Me marchitara Me marchitase Me marchité Me mustiaba Me mustiara Me mustiase Me mustié Mustiaba Mustiase Mustié Mustió Se marcía Se marciera Se marciese Se marció Se marchitaba Se marchitara Se marchitase Se marchitó Se mustiaba Se mustiara Se mustiase Se mustió		ik verzwakteeerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verzwakken' Lettergrepen: ik ver·zwak·te Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verzwakken').   wn
	mustiarátercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciere Marcirá Marchitará Marchitare Mustiare	1Marcir Marchitar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doen verflensenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doen verleppenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doen verwelkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ontzenuwenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
			hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verzwakkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	mustiaraissegunda persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcíais Marcierais Marcieseis Marcisteis Marchitabais Marchitarais Marchitaseis Marchitasteis Mustiabais Mustiaseis Mustiasteis	1Marcir Marchitar.	jullie deden verflensentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen' Lettergrepen: jul·lie de·den ver·flen·sen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
			jullie deden verleppentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen' Lettergrepen: jul·lie de·den ver·lep·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
			jullie deden verwelkentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken' Lettergrepen: jul·lie de·den ver·wel·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	jullie ontzenuwdentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen' Lettergrepen: jul·lie ont·ze·nuw·den Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Ontzenuwen').   wn
			jullie verzwaktentweede persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verzwakken' Lettergrepen: jul·lie ver·zwak·ten Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verzwakken').   wn
	mustiáramosprimera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcíamos Marciéramos Marciésemos Marcimos Marchitábamos Marchitamos Marchitáramos Marchitásemos Mustiábamos Mustiamos Mustiásemos	1Marcir Marchitar.	wij/we deden verflenseneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
			wij/we deden verleppeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
			wij/we deden verwelkeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	wij/we ontzenuwdeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
			wij/we verzwakteneerste persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	mustiarantercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcían Marcieran Marcieron Marciesen Marchitaban Marchitaran Marchitaron Marchitasen Mustiaban Mustiaron Mustiasen	1Marcir Marchitar.	zij/ze deden verflensenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
			zij/ze deden verleppenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
			zij/ze deden verwelkenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	zij/ze ontzenuwdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
			zij/ze verzwaktenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	mustiarántercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcieren Marcirán Marchitarán Marchitaren Mustiaren	1Marcir Marchitar.	zij/ze zullen doen verflensenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
			zij/ze zullen doen verleppenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
			zij/ze zullen doen verwelkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	zij/ze zullen ontzenuwenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
			zij/ze zullen verzwakkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	mustiarassegunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcías Marcieras Marcieses Marciste Marchitabas Marchitaras Marchitases Marchitaste Mustiabas Mustiases Mustiaste	1Marcir Marchitar.	jij/je deed verflensentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
			jij/je deed verleppentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
			jij/je deed verwelkentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	jij/je ontzenuwdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
			jij/je verzwaktetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	mustiarássegunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcieres Marcirás Marchitarás Marchitares Mustiares	1Marcir Marchitar.	jij/je zal doen verflensentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
			jij/je zal doen verleppentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
			jij/je zal doen verwelkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	jij/je zal ontzenuwentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
			jij/je zal verzwakkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	mustiaretercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciere Marcirá Marciré Marchitará Marchitare Marchitaré Mustiará Mustiaré	1Marcir Marchitar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doen verflensenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
	_primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciere Marcirá Marciré Marchitará Marchitare Marchitaré Mustiará Mustiaré		ik zal doen verflenseneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen' Lettergrepen: ik zal doen ver·flen·sen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
	_tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciere Marcirá Marciré Marchitará Marchitare Marchitaré Mustiará Mustiaré		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doen verleppenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
	_primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciere Marcirá Marciré Marchitará Marchitare Marchitaré Mustiará Mustiaré		ik zal doen verleppeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen' Lettergrepen: ik zal doen ver·lep·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
	_tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciere Marcirá Marciré Marchitará Marchitare Marchitaré Mustiará Mustiaré		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal doen verwelkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
	_primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciere Marcirá Marciré Marchitará Marchitare Marchitaré Mustiará Mustiaré		ik zal doen verwelkeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken' Lettergrepen: ik zal doen ver·wel·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
	_tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciere Marcirá Marciré Marchitará Marchitare Marchitaré Me marciere Me marciré Me marchitare Me marchitaré Me mustiare Me mustiaré Mustiará Mustiaré Se marciere Se marcirá Se marchitará Se marchitare Se mustiará Se mustiare	2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal ontzenuwenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
	_primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciere Marcirá Marciré Marchitará Marchitare Marchitaré Me marciere Me marciré Me marchitare Me marchitaré Me mustiare Me mustiaré Mustiará Mustiaré Se marciere Se marcirá Se marchitará Se marchitare Se mustiará Se mustiare		ik zal ontzenuweneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen' Lettergrepen: ik zal ont·ze·nu·wen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Ontzenuwen').   wn
	_tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciere Marcirá Marciré Marchitará Marchitare Marchitaré Me marciere Me marciré Me marchitare Me marchitaré Me mustiare Me mustiaré Mustiará Mustiaré Se marciere Se marcirá Se marchitará Se marchitare Se mustiará Se mustiare		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal verzwakkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	_primera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciere Marcirá Marciré Marchitará Marchitare Marchitaré Me marciere Me marciré Me marchitare Me marchitaré Me mustiare Me mustiaré Mustiará Mustiaré Se marciere Se marcirá Se marchitará Se marchitare Se mustiará Se mustiare		ik zal verzwakkeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verzwakken' Lettergrepen: ik zal ver·zwak·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verzwakken').   wn
	mustiaréprimera persona singular futuro de indicativo del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciere Marciré Marchitare Marchitaré Mustiare	1Marcir Marchitar.	ik zal doen verflenseneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen' Lettergrepen: ik zal doen ver·flen·sen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
			ik zal doen verleppeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen' Lettergrepen: ik zal doen ver·lep·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
			ik zal doen verwelkeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken' Lettergrepen: ik zal doen ver·wel·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	ik zal ontzenuweneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen' Lettergrepen: ik zal ont·ze·nu·wen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Ontzenuwen').   wn
			ik zal verzwakkeneerste persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verzwakken' Lettergrepen: ik zal ver·zwak·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verzwakken').   wn
	mustiareissegunda persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciereis Marciréis Marchitareis Marchitaréis Mustiaréis	1Marcir Marchitar.	jullie zullen doen verflensentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen' Lettergrepen: jul·lie zul·len doen ver·flen·sen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
			jullie zullen doen verleppentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen' Lettergrepen: jul·lie zul·len doen ver·lep·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
			jullie zullen doen verwelkentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken' Lettergrepen: jul·lie zul·len doen ver·wel·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	jullie zullen ontzenuwentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen' Lettergrepen: jul·lie zul·len ont·ze·nu·wen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Ontzenuwen').   wn
			jullie zullen verzwakkentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verzwakken' Lettergrepen: jul·lie zul·len ver·zwak·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verzwakken').   wn
	mustiaréissegunda persona plural futuro de indicativo del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciereis Marciréis Marchitareis Marchitaréis Mustiareis	1Marcir Marchitar.	jullie zullen doen verflensentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen' Lettergrepen: jul·lie zul·len doen ver·flen·sen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
			jullie zullen doen verleppentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen' Lettergrepen: jul·lie zul·len doen ver·lep·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
			jullie zullen doen verwelkentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken' Lettergrepen: jul·lie zul·len doen ver·wel·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	jullie zullen ontzenuwentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen' Lettergrepen: jul·lie zul·len ont·ze·nu·wen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Ontzenuwen').   wn
			jullie zullen verzwakkentweede persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verzwakken' Lettergrepen: jul·lie zul·len ver·zwak·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verzwakken').   wn
	mustiaremosprimera persona plural futuro de indicativo del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciéremos Marciremos Marchitaremos Marchitáremos Mustiáremos	1Marcir Marchitar.	wij/we zullen doen verflenseneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
			wij/we zullen doen verleppeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
			wij/we zullen doen verwelkeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	wij/we zullen ontzenuweneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
			wij/we zullen verzwakkeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	mustiáremosprimera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciéremos Marciremos Marchitaremos Marchitáremos Mustiaremos	1Marcir Marchitar.	wij/we zullen doen verflenseneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
			wij/we zullen doen verleppeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
			wij/we zullen doen verwelkeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	wij/we zullen ontzenuweneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
			wij/we zullen verzwakkeneerste persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	mustiarentercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcieren Marcirán Marchitarán Marchitaren Mustiarán	1Marcir Marchitar.	zij/ze zullen doen verflensenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
			zij/ze zullen doen verleppenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
			zij/ze zullen doen verwelkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	zij/ze zullen ontzenuwenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
			zij/ze zullen verzwakkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	mustiaressegunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcieres Marcirás Marchitarás Marchitares Mustiarás	1Marcir Marchitar.	jij/je zal doen verflensentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
			jij/je zal doen verleppentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
			jij/je zal doen verwelkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	jij/je zal ontzenuwentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
			jij/je zal verzwakkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	mustiaríatercera persona singular condicional del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciría Marchitaría	1Marcir Marchitar.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou doen verflensenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
	_primera persona singular condicional del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciría Marchitaría		ik zou doen verflenseneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen' Lettergrepen: ik zou doen ver·flen·sen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
	_tercera persona singular condicional del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciría Marchitaría		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou doen verleppenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
	_primera persona singular condicional del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciría Marchitaría		ik zou doen verleppeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen' Lettergrepen: ik zou doen ver·lep·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
	_tercera persona singular condicional del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciría Marchitaría		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou doen verwelkenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
	_primera persona singular condicional del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciría Marchitaría		ik zou doen verwelkeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken' Lettergrepen: ik zou doen ver·wel·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
	_tercera persona singular condicional del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciría Marchitaría Me marciría Me marchitaría Me mustiaría Se marciría Se marchitaría Se mustiaría	2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou ontzenuwenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
	_primera persona singular condicional del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciría Marchitaría Me marciría Me marchitaría Me mustiaría Se marciría Se marchitaría Se mustiaría		ik zou ontzenuweneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen' Lettergrepen: ik zou ont·ze·nu·wen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Ontzenuwen').   wn
	_tercera persona singular condicional del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciría Marchitaría Me marciría Me marchitaría Me mustiaría Se marciría Se marchitaría Se mustiaría		hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou verzwakkenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	_primera persona singular condicional del verbo 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciría Marchitaría Me marciría Me marchitaría Me mustiaría Se marciría Se marchitaría Se mustiaría		ik zou verzwakkeneerste persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verzwakken' Lettergrepen: ik zou ver·zwak·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verzwakken').   wn
	mustiaríaissegunda persona plural condicional del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciríais Marchitaríais	1Marcir Marchitar.	jullie zouden doen verflensentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen' Lettergrepen: jul·lie zou·den doen ver·flen·sen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
			jullie zouden doen verleppentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen' Lettergrepen: jul·lie zou·den doen ver·lep·pen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
			jullie zouden doen verwelkentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken' Lettergrepen: jul·lie zou·den doen ver·wel·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Doen').
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	jullie zouden ontzenuwentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen' Lettergrepen: jul·lie zou·den ont·ze·nu·wen Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Ontzenuwen').   wn
			jullie zouden verzwakkentweede persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verzwakken' Lettergrepen: jul·lie zou·den ver·zwak·ken Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands (voor het woord 'Verzwakken').   wn
	mustiaríamosprimera persona plural condicional del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marciríamos Marchitaríamos	1Marcir Marchitar.	wij/we zouden doen verflenseneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
			wij/we zouden doen verleppeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
			wij/we zouden doen verwelkeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	wij/we zouden ontzenuweneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
			wij/we zouden verzwakkeneerste persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	mustiaríantercera persona plural condicional del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcirían Marchitarían	1Marcir Marchitar.	zij/ze zouden doen verflensenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
			zij/ze zouden doen verleppenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
			zij/ze zouden doen verwelkenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	zij/ze zouden ontzenuwenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
			zij/ze zouden verzwakkenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	mustiaríassegunda persona singular condicional del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcirías Marchitarías	1Marcir Marchitar.	jij/je zou doen verflensentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
			jij/je zou doen verleppentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
			jij/je zou doen verwelkentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	jij/je zou ontzenuwentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
			jij/je zou verzwakkentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	mustiarontercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'mustiar' Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcían Marcieran Marcieron Marciesen Marchitaban Marchitaran Marchitaron Marchitasen Mustiaban Mustiaran Mustiasen	1Marcir Marchitar.	zij/ze deden verflensenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verflensen'
			zij/ze deden verleppenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verleppen'
			zij/ze deden verwelkenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'doen verwelken'
		2Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiarse.	zij/ze ontzenuwdenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'ontzenuwen'
			zij/ze verzwaktenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verzwakken'
	mustiarseinfinitivo de un verbo Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'mustiar'   we  spalabras relacionadas: --------------------- Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiar  ci conjugaciones del INDICATIVO Presente Préterito indefinido Me mustio Me mustié Te mustias Te mustiaste Se mustia Se mustió Nos mustiamos Nos mustiamos Os mustiáis Os mustiasteis Se mustian Se mustiaron Futuro/Condicional Préterito imperfecto  Me mustiar é ía Me mustiaba Te mustiar ás ías Te mustiabas Se mustiar á ía Se mustiaba Nos mustiar emos íamos Nos mustiábamos Os mustiar éis íais Os mustiabais Se mustiar án ían Se mustiaban   cs conjugaciones del SUBJUNTIVO Presente Préterito imperfect ra Me mustie Me mustiara Te musties Te mustiaras Se mustie Se mustiara Nos mustiemos Nos mustiáramos Os mustiéis Os mustiarais Se mustien Se mustiaran Futuro Préterito imperfecto se Me mustiare Me mustiase Te mustiares Te mustiases Se mustiare Se mustiase Nos mustiáremos Nos mustiásemos Os mustiareis Os mustiaseis Se mustiaren Se mustiasen   cp conjugaciones del IMPERATIVO afirmativo negativo Mústiate (tú) No te musties Mústiese (usted) No se mustie Mustiémonos (nosotros) No nos mustiemos Mustiaos (vosotros) No os mustiéis Mústiense (ustedes) No se mustien Formas impersonales participio pasado     Gerundio Mustiado Mustiándome,... etc.	1Marcir Marcirse Marchitar Marchitarse Mustiar.	verzwakkenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: ver·zwak·ken In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: verzwakken - verzwakte - verzwakt Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
		2Languidecer Marcirse Marchitarse.	kwijnenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: kwij·nen In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: kwijnen - kwijnde - gekwijnd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
			verdorrenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: ver·dor·ren In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: verdorren - verdorde - verdord Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
			verflensenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: ver·flen·sen In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: verflensen - verflenste - verflenst Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
			verkleurenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: ver·kleu·ren In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: verkleuren - verkleurde - verkleurd Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
			verleppenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: ver·lep·pen In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: verleppen - verlepte - verlept Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn
			verwelkenwerkwoord (infinitief) ww Lettergrepen: ver·wel·ken In één of meer van de volgende betekenissen: - Verbuiging: verwelken - verwelkte - verwelkt Klik voor toegang tot onlinewoordenboek Van Dale Hedendaags Nederlands.   wn

1e

0‑9

A

B

C

D

E

F

G

H

I

J

K

L

M

N

Ñ

O

P

Q

R

S

T

U

V

W

X

Y

Z

ß

2e

0‑9

a

b

e

i

jln

o

t

u

y

3e

ac

d

e

f

g

hijk

l

noñ

r

s

tyz

4e

-acegh

iklos

t

u

5e

i

6e

a

eo

7e

-b

dim

no

r

st

8e

a

e

i

o

s

<-- Vorige/ Anterior

palabras comenzando con woorden beginnend met

MUSTIAR

Volgende/ Siguiente -->

boven