Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd: 16 Jan 2020 ; última actualización: 16 Jan 2020.

Que agradable es vivir en Tenerife

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a bc e fgh i jklmn o pqr t u vwyz

3e _ a b c d f g ik l m n ñ p q r s t uv wxy

4e ,- a b c d e f g h i j l m n o p q r s t u v z

5e a e i ou

6e a d i n r s

<-- Vorige/ Anterior palabras comenzando con
woorden beginnend met SE_VE Volgende/ Siguiente -->

Spaans/español Nederlands/holandés

se"se ve":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
ve
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 've'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se muestra
Se muestre
Se vea 1Asomarse
Mostrarse. hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich zienderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich laten zien'

2Evidenciarse
Resultar. hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijktderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'blijken'

hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is duidelijkderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'duidelijk zijn'

se"se vea":
tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vea
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se muestra
Se muestre
Se ve 1Asomarse
Mostrarse. hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze laat zich zienderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich laten zien'

2Evidenciarse
Resultar. hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze blijktderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'blijken'

hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze is duidelijkderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'duidelijk zijn'

se"se vean":
tercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vean
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se muestran
Se muestren
Se ven 1Asomarse
Mostrarse. zij/ze laten zich zienderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich laten zien'

2Evidenciarse
Resultar. zij/ze blijkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'blijken'

zij/ze zijn duidelijkderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'duidelijk zijn'

3. zij/ze bezoeken elkaarderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'

4. zij/ze ontmoeten elkaarderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'

se"se veda":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
veda
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'veda'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vede hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontzegt zichderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vedaba":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vedaba
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vedara
Se vedase
Se vedó hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontzegde zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontzei zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vedaban":
tercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vedaban
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vedaran
Se vedaron
Se vedasen zij/ze ontzegden zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

zij/ze ontzeiden zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vedan":
tercera persona plural presente de indicativo del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vedan
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se veden zij/ze ontzeggen zichderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vedara":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vedara
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vedaba
Se vedase
Se vedó hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontzegde zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontzei zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vedará":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vedará
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vedare hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich ontzeggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vedaran":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vedaran
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vedaban
Se vedaron
Se vedasen zij/ze ontzegden zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

zij/ze ontzeiden zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vedarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vedarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vedaren zij/ze zullen zich ontzeggenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vedare":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vedare
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vedará hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich ontzeggenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vedaren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vedaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vedarán zij/ze zullen zich ontzeggenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vedaría":
tercera persona singular condicional del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vedaría
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich ontzeggenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vedarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vedarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
zij/ze zouden zich ontzeggenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vedaron":
tercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vedaron
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vedaban
Se vedaran
Se vedasen zij/ze ontzegden zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

zij/ze ontzeiden zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vedase":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vedase
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vedaba
Se vedara
Se vedó hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontzegde zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontzei zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vedasen":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vedasen
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vedaban
Se vedaran
Se vedaron zij/ze ontzegden zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

zij/ze ontzeiden zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vede":
tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vede
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se veda hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontzegt zichderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se veden":
tercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
veden
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vedan zij/ze ontzeggen zichderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se vedó":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'vedarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vedó
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vedar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vedaba
Se vedara
Se vedase hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontzegde zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze ontzei zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich ontzeggen'

se"se veía":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
veía
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se mostraba
Se mostrara
Se mostrase
Se mostró
Se viera
Se viese
Se vio 1Asomarse
Mostrarse. hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze liet zich zienderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich laten zien'

2Evidenciarse
Resultar. hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze bleekderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'blijken'

hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze was duidelijkderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'duidelijk zijn'

se"se veían":
tercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
veían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se mostraban
Se mostraran
Se mostraron
Se mostrasen
Se vieran
Se vieron
Se viesen 1Asomarse
Mostrarse. zij/ze lieten zich zienderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich laten zien'

2Evidenciarse
Resultar. zij/ze blekenderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'blijken'

zij/ze waren duidelijkderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'duidelijk zijn'

3. zij/ze bezochten elkaarderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'

4. zij/ze ontmoetten elkaarderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'

se"se ven":
tercera persona plural presente de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
ven
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se muestran
Se muestren
Se vean 1Asomarse
Mostrarse. zij/ze laten zich zienderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich laten zien'

2Evidenciarse
Resultar. zij/ze blijkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'blijken'

zij/ze zijn duidelijkderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'duidelijk zijn'

3. zij/ze bezoeken elkaarderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'

4. zij/ze ontmoeten elkaarderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'

se"se venga":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
venga
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengue hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt zichderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se venga de":
tercera persona singular presente de indicativo del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
venga
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengue de hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt zich opderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengaba":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengaba
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengara
Se vengase
Se vengó hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekte zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengaba de":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengaba
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengara de
Se vengase de
Se vengó de hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekte zich opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengaban":
tercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengaban
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaran
Se vengaron
Se vengasen zij/ze wreekten zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengaban de":
tercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengaban
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaran de
Se vengaron de
Se vengasen de zij/ze wreekten zich opderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengan":
tercera persona plural presente de indicativo del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengan
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se venguen zij/ze wreken zichderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengan de":
tercera persona plural presente de indicativo del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengan
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se venguen de zij/ze wreken zich opderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengara":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengara
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaba
Se vengase
Se vengó hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekte zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengará":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengará
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengare hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich wrekenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengara de":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengara
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaba de
Se vengase de
Se vengó de hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekte zich opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengará de":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengará
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengare de hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich wreken opderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengaran":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengaran
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaban
Se vengaron
Se vengasen zij/ze wreekten zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengarán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaren zij/ze zullen zich wrekenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengaran de":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengaran
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaban de
Se vengaron de
Se vengasen de zij/ze wreekten zich opderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengarán de":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengarán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaren de zij/ze zullen zich wreken opderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengare":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengare
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengará hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich wrekenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengare de":
tercera persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengare
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengará de hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich wreken opderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengaren":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengarán zij/ze zullen zich wrekenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengaren de":
tercera persona plural futuro de subjuntivo del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengaren
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengarán de zij/ze zullen zich wreken opderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengaría":
tercera persona singular condicional del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengaría
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich wrekenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengaría de":
tercera persona singular condicional del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengaría
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich wreken opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengarían":
tercera persona plural condicional del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
zij/ze zouden zich wrekenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengarían de":
tercera persona plural condicional del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengarían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
zij/ze zouden zich wreken opderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengaron":
tercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengaron
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaban
Se vengaran
Se vengasen zij/ze wreekten zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengaron de":
tercera persona plural preterito indefinido de indicativo del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengaron
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaban de
Se vengaran de
Se vengasen de zij/ze wreekten zich opderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengase":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengase
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaba
Se vengara
Se vengó hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekte zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengase de":
tercera persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengase
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaba de
Se vengara de
Se vengó de hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekte zich opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengasen":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengasen
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaban
Se vengaran
Se vengaron zij/ze wreekten zichderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengasen de":
tercera persona plural preterito de subjuntivo (se) del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengasen
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaban de
Se vengaran de
Se vengaron de zij/ze wreekten zich opderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengó":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengó
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaba
Se vengara
Se vengase hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekte zichderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengó de":
tercera persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengó
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengaba de
Se vengara de
Se vengase de hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekte zich opderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se vengue":
tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengue
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se venga hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt zichderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se vengue de":
tercera persona singular presente de subjuntivo del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vengue
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se venga de hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze wreekt zich opderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se venguen":
tercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'vengarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
venguen
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengan zij/ze wreken zichderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken'

se"se venguen de":
tercera persona plural presente de subjuntivo del verbo 'vengarse de'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
venguen
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vengar'
de
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'de'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se vengan de zij/ze wreken zich opderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich wreken op'

se"se verá":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
verá
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se mostrará
Se mostrare
Se viere 1Asomarse
Mostrarse. hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich laten zienderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich laten zien'

2Evidenciarse
Resultar. hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal blijkenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'blijken'

hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal duidelijk zijnderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'duidelijk zijn'

se"se verán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
verán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se mostrarán
Se mostraren
Se vieren 1Asomarse
Mostrarse. zij/ze zullen zich laten zienderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich laten zien'

2Evidenciarse
Resultar. zij/ze zullen blijkenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'blijken'

zij/ze zullen duidelijk zijnderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'duidelijk zijn'

3. zij/ze zullen elkaar bezoekenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'

4. zij/ze zullen elkaar ontmoetenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'

se"se vería":
tercera persona singular condicional del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vería
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se mostraría 1Asomarse
Mostrarse. hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich laten zienderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich laten zien'

2Evidenciarse
Resultar. hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou blijkenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'blijken'

hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou duidelijk zijnderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'duidelijk zijn'

se"se verían":
tercera persona plural condicional del verbo 'verse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
verían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ver'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se mostrarían 1Asomarse
Mostrarse. zij/ze zouden zich laten zienderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich laten zien'

2Evidenciarse
Resultar. zij/ze zouden blijkenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'blijken'

zij/ze zouden duidelijk zijnderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'duidelijk zijn'

3. zij/ze zouden elkaar bezoekenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar bezoeken'

4. zij/ze zouden elkaar ontmoetenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'elkaar ontmoeten'

se"se vestía":
tercera persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'vestirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vestía
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vestir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se ponía
Se pusiera
Se pusiese
Se puso
Se vistiera
Se vistiese
Se vistió hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze kleedde zich aanderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich aankleden'

se"se vestían":
tercera persona plural preterito imperfecto de indicativo del verbo 'vestirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vestían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vestir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se ponían
Se pusieran
Se pusieron
Se pusiesen
Se vistieran
Se vistieron
Se vistiesen zij/ze kleedden zich aanderde persoon meervoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich aankleden'

se"se vestirá":
tercera persona singular futuro de indicativo del verbo 'vestirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vestirá
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vestir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se pondrá
Se pusiere
Se vistiere hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zal zich aankledenderde persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich aankleden'

se"se vestirán":
tercera persona plural futuro de indicativo del verbo 'vestirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vestirán
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vestir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se pondrán
Se pusieren
Se vistieren zij/ze zullen zich aankledenderde persoon meervoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich aankleden'

se"se vestiría":
tercera persona singular condicional del verbo 'vestirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vestiría
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vestir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se pondría hij/u/men/het/er/ge/gij/'t/zij/ze zou zich aankledenderde persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich aankleden'

se"se vestirían":
tercera persona plural condicional del verbo 'vestirse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'se'
vestirían
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'vestir'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Se pondrían zij/ze zouden zich aankledenderde persoon meervoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich aankleden'

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R S T U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a bc e fgh i jklmn o pqr t u vwyz

3e _ a b c d f g ik l m n ñ p q r s t uv wxy

4e ,- a b c d e f g h i j l m n o p q r s t u v z

5e a e i ou

6e a d i n r s

<-- Vorige/ Anterior palabras comenzando con
woorden beginnend met SE_VE Volgende/ Siguiente -->