Klein woordenboek Spaans-Nederlands en vv met 346918 woorden

Ga naar woordenboek Nederlands-Spaans; Ir a diccionario holandés-español.

Klik op de eerste letter van het gezochte Spaanse woord uit de rij aangeduid met 1e. Indien de rij met 2e, 3e, 4e etc. aanwezig is, kies dan ook de tweede, derde, vierde ... letter.
Elija el primer carácter de la palabra española buscada de la fila indicada con 1e. Cuando también hay una fila indicada con 2e, 3e, 4e, etc. elija el segundo, tercer, cuarto ... carácter.

Laatst gewijzigd:   16 Jan 2020  ; última actualización: 16 Jan 2020.

Las comisiones de los bancos en España son diez veces más altas que en Holanda

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R ST U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a de h i jlm o r s u wyz

3e_ ab c dfghij l m n ñ o pq r s t uvwxz

4e _a b c d e f g h i j l m n o p q r s t u v z

5e b c d f g h ij l m p qr st uvz

6e a e i o r u

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
TE_ATVolgende/ Siguiente -->

Spaans/españolNederlands/holandés
te"te atajabas":
segunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'atajarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atajabas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atajar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atajaras
Te atajases
Te atajaste
jij/je was sprakeloostweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'sprakeloos zijn'
te"te atajaras":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'atajarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atajaras
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atajar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atajabas
Te atajases
Te atajaste
jij/je was sprakeloostweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'sprakeloos zijn'
te"te atajarás":
segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'atajarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atajarás
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atajar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atajares
jij/je zal sprakeloos zijntweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'sprakeloos zijn'
te"te atajares":
segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'atajarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atajares
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atajar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atajarás
jij/je zal sprakeloos zijntweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'sprakeloos zijn'
te"te atajarías":
segunda persona singular condicional del verbo 'atajarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atajarías
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atajar'
jij/je zou sprakeloos zijntweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'sprakeloos zijn'
te"te atajas":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'atajarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atajas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atajar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atajes
jij/je bent sprakeloostweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'sprakeloos zijn'
te"te atajases":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'atajarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atajases
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atajar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atajabas
Te atajaras
Te atajaste
jij/je was sprakeloostweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'sprakeloos zijn'
te"te atajaste":
segunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'atajarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atajaste
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atajar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atajabas
Te atajaras
Te atajases
jij/je was sprakeloostweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'sprakeloos zijn'
te"te atajes":
segunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'atajarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atajes
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atajar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atajas
jij/je bent sprakeloostweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'sprakeloos zijn'
te"te atascabas":
segunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'atascarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atascabas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atascar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atascaras
Te atascases
Te atascaste
1.jij/je bleef in de modder stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de modder blijven steken'
2.jij/je bleef stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'blijven steken'
3Estancar
Estancarse
.
jij/je raakte verstopttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verstopt raken'
jij/je stagneerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'stagneren'
jij/je stond stiltweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'stilstaan'
jij/je verstoptetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verstoppen'
te"te atascaras":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'atascarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atascaras
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atascar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atascabas
Te atascases
Te atascaste
1.jij/je bleef in de modder stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de modder blijven steken'
2.jij/je bleef stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'blijven steken'
3Estancar
Estancarse
.
jij/je raakte verstopttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verstopt raken'
jij/je stagneerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'stagneren'
jij/je stond stiltweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'stilstaan'
jij/je verstoptetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verstoppen'
te"te atascarás":
segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'atascarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atascarás
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atascar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atascares
1.jij/je zal in de modder blijven stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de modder blijven steken'
2.jij/je zal blijven stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'blijven steken'
3Estancar
Estancarse
.
jij/je zal stagnerentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'stagneren'
jij/je zal stilstaantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'stilstaan'
jij/je zal verstoppentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verstoppen'
jij/je zal verstopt rakentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verstopt raken'
te"te atascares":
segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'atascarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atascares
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atascar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atascarás
1.jij/je zal in de modder blijven stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de modder blijven steken'
2.jij/je zal blijven stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'blijven steken'
3Estancar
Estancarse
.
jij/je zal stagnerentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'stagneren'
jij/je zal stilstaantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'stilstaan'
jij/je zal verstoppentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verstoppen'
jij/je zal verstopt rakentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verstopt raken'
te"te atascarías":
segunda persona singular condicional del verbo 'atascarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atascarías
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atascar'
1.jij/je zou in de modder blijven stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de modder blijven steken'
2.jij/je zou blijven stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'blijven steken'
3Estancar
Estancarse
.
jij/je zou stagnerentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'stagneren'
jij/je zou stilstaantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'stilstaan'
jij/je zou verstoppentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verstoppen'
jij/je zou verstopt rakentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verstopt raken'
te"te atascas":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'atascarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atascas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atascar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atasques
1.jij/je blijft in de modder stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de modder blijven steken'
2.jij/je blijft stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'blijven steken'
3Estancar
Estancarse
.
jij/je raakt verstopttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verstopt raken'
jij/je staat stiltweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'stilstaan'
jij/je stagneerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'stagneren'
jij/je verstopttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verstoppen'
te"te atascases":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'atascarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atascases
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atascar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atascabas
Te atascaras
Te atascaste
1.jij/je bleef in de modder stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de modder blijven steken'
2.jij/je bleef stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'blijven steken'
3Estancar
Estancarse
.
jij/je raakte verstopttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verstopt raken'
jij/je stagneerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'stagneren'
jij/je stond stiltweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'stilstaan'
jij/je verstoptetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verstoppen'
te"te atascaste":
segunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'atascarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atascaste
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atascar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atascabas
Te atascaras
Te atascases
1.jij/je bleef in de modder stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'in de modder blijven steken'
2.jij/je bleef stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'blijven steken'
3Estancar
Estancarse
.
jij/je raakte verstopttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verstopt raken'
jij/je stagneerdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'stagneren'
jij/je stond stiltweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'stilstaan'
jij/je verstoptetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'verstoppen'
te"te atasques":
segunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'atascarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atasques
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atascar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atascas
1.jij/je blijft in de modder stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'in de modder blijven steken'
2.jij/je blijft stekentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'blijven steken'
3Estancar
Estancarse
.
jij/je raakt verstopttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verstopt raken'
jij/je staat stiltweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'stilstaan'
jij/je stagneerttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'stagneren'
jij/je verstopttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'verstoppen'
te"te ataviabas":
segunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'ataviarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  ataviabas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ataviar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te ataviaras
Te ataviases
Te ataviaste
jij/je doste je uittweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich uitdossen'
jij/je tooide je optweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich optooien'
te"te ataviaras":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'ataviarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  ataviaras
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ataviar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te ataviabas
Te ataviases
Te ataviaste
jij/je doste je uittweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich uitdossen'
jij/je tooide je optweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich optooien'
te"te ataviarás":
segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'ataviarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  ataviarás
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ataviar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te ataviares
jij/je zal je optooientweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich optooien'
jij/je zal je uitdossentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich uitdossen'
te"te ataviares":
segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'ataviarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  ataviares
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ataviar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te ataviarás
jij/je zal je optooientweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich optooien'
jij/je zal je uitdossentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich uitdossen'
te"te ataviarías":
segunda persona singular condicional del verbo 'ataviarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  ataviarías
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ataviar'
jij/je zou je optooientweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich optooien'
jij/je zou je uitdossentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich uitdossen'
te"te atavías":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'ataviarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atavías
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ataviar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atavíes
jij/je dost je uittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich uitdossen'
jij/je tooit je optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich optooien'
te"te ataviases":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'ataviarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  ataviases
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ataviar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te ataviabas
Te ataviaras
Te ataviaste
jij/je doste je uittweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich uitdossen'
jij/je tooide je optweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich optooien'
te"te ataviaste":
segunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'ataviarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  ataviaste
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ataviar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te ataviabas
Te ataviaras
Te ataviases
jij/je doste je uittweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich uitdossen'
jij/je tooide je optweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich optooien'
te"te atavíes":
segunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'ataviarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atavíes
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'ataviar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atavías
jij/je dost je uittweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich uitdossen'
jij/je tooit je optweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich optooien'
te"te atemorices":
segunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'atemorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atemorices
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atemorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Amedrentas
Amedrentes
Desmayas
Desmayes
Te abandonas
Te abandones
Te atemorizas
Te desanimas
Te desanimes
jij/je verliest de moedtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de moed verliezen'
jij/je wordt bangtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
te"te atemorizabas":
segunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'atemorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atemorizabas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atemorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Amedrentabas
Amedrentaras
Amedrentases
Amedrentaste
Desmayabas
Desmayaras
Desmayases
Desmayaste
Te abandonabas
Te abandonaras
Te abandonases
Te abandonaste
Te atemorizaras
Te atemorizases
Te atemorizaste
Te desanimabas
Te desanimaras
Te desanimases
Te desanimaste
jij/je verloor de moedtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'de moed verliezen'
jij/je werd bangtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
te"te atemorizaras":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'atemorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atemorizaras
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atemorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Amedrentabas
Amedrentaras
Amedrentases
Amedrentaste
Desmayabas
Desmayaras
Desmayases
Desmayaste
Te abandonabas
Te abandonaras
Te abandonases
Te abandonaste
Te atemorizabas
Te atemorizases
Te atemorizaste
Te desanimabas
Te desanimaras
Te desanimases
Te desanimaste
jij/je verloor de moedtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de moed verliezen'
jij/je werd bangtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
te"te atemorizarás":
segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'atemorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atemorizarás
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atemorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Amedrentarás
Amedrentares
Desmayarás
Desmayares
Te abandonarás
Te abandonares
Te atemorizares
Te desanimarás
Te desanimares
jij/je zal bang wordentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
jij/je zal de moed verliezentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de moed verliezen'
te"te atemorizares":
segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'atemorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atemorizares
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atemorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Amedrentarás
Amedrentares
Desmayarás
Desmayares
Te abandonarás
Te abandonares
Te atemorizarás
Te desanimarás
Te desanimares
jij/je zal bang wordentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
jij/je zal de moed verliezentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de moed verliezen'
te"te atemorizarías":
segunda persona singular condicional del verbo 'atemorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atemorizarías
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atemorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Amedrentarías
Desmayarías
Te abandonarías
Te desanimarías
jij/je zou bang wordentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
jij/je zou de moed verliezentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de moed verliezen'
te"te atemorizas":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'atemorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atemorizas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atemorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Amedrentas
Amedrentes
Desmayas
Desmayes
Te abandonas
Te abandones
Te atemorices
Te desanimas
Te desanimes
jij/je verliest de moedtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'de moed verliezen'
jij/je wordt bangtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
te"te atemorizases":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'atemorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atemorizases
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atemorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Amedrentabas
Amedrentaras
Amedrentases
Amedrentaste
Desmayabas
Desmayaras
Desmayases
Desmayaste
Te abandonabas
Te abandonaras
Te abandonases
Te abandonaste
Te atemorizabas
Te atemorizaras
Te atemorizaste
Te desanimabas
Te desanimaras
Te desanimases
Te desanimaste
jij/je verloor de moedtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'de moed verliezen'
jij/je werd bangtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
te"te atemorizaste":
segunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'atemorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atemorizaste
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atemorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Amedrentabas
Amedrentaras
Amedrentases
Amedrentaste
Desmayabas
Desmayaras
Desmayases
Desmayaste
Te abandonabas
Te abandonaras
Te abandonases
Te abandonaste
Te atemorizabas
Te atemorizaras
Te atemorizases
Te desanimabas
Te desanimaras
Te desanimases
Te desanimaste
jij/je verloor de moedtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'de moed verliezen'
jij/je werd bangtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
te"te atendrás":
segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'atenerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atendrás
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atener'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atuvieres
jij/je zal je houden aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich houden aan'
te"te atendrías":
segunda persona singular condicional del verbo 'atenerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atendrías
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atener'
jij/je zou je houden aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich houden aan'
te"te atengas":
segunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'atenerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atengas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atener'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atienes
jij/je houdt je aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich houden aan'
te"te atenías":
segunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'atenerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atenías
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atener'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atuvieras
Te atuvieses
Te atuviste
jij/je hield je aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich houden aan'
te"te aterrorices":
segunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'aterrorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  aterrorices
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'aterrorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te alarmas
Te alarmes
Te alborotas
Te alborotes
Te asustas
Te asustes
Te aterrorizas
Te sobresaltas
Te sobresaltes
jij/je schrikttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schrikken'
jij/je wordt bangtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
te"te aterrorizabas":
segunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'aterrorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  aterrorizabas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'aterrorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te alarmabas
Te alarmaras
Te alarmases
Te alarmaste
Te alborotabas
Te alborotaras
Te alborotases
Te alborotaste
Te asustabas
Te asustaras
Te asustases
Te asustaste
Te aterrorizaras
Te aterrorizases
Te aterrorizaste
Te sobresaltabas
Te sobresaltaras
Te sobresaltases
Te sobresaltaste
jij/je schroktweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'schrikken'
jij/je werd bangtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
te"te aterrorizaras":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'aterrorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  aterrorizaras
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'aterrorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te alarmabas
Te alarmaras
Te alarmases
Te alarmaste
Te alborotabas
Te alborotaras
Te alborotases
Te alborotaste
Te asustabas
Te asustaras
Te asustases
Te asustaste
Te aterrorizabas
Te aterrorizases
Te aterrorizaste
Te sobresaltabas
Te sobresaltaras
Te sobresaltases
Te sobresaltaste
jij/je schroktweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schrikken'
jij/je werd bangtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
te"te aterrorizarás":
segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'aterrorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  aterrorizarás
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'aterrorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te alarmarás
Te alarmares
Te alborotarás
Te alborotares
Te asustarás
Te asustares
Te aterrorizares
Te sobresaltarás
Te sobresaltares
jij/je zal bang wordentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
jij/je zal schrikkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'schrikken'
te"te aterrorizares":
segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'aterrorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  aterrorizares
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'aterrorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te alarmarás
Te alarmares
Te alborotarás
Te alborotares
Te asustarás
Te asustares
Te aterrorizarás
Te sobresaltarás
Te sobresaltares
jij/je zal bang wordentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
jij/je zal schrikkentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schrikken'
te"te aterrorizarías":
segunda persona singular condicional del verbo 'aterrorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  aterrorizarías
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'aterrorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te alarmarías
Te alborotarías
Te asustarías
Te sobresaltarías
jij/je zou bang wordentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
jij/je zou schrikkentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'schrikken'
te"te aterrorizas":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'aterrorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  aterrorizas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'aterrorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te alarmas
Te alarmes
Te alborotas
Te alborotes
Te asustas
Te asustes
Te aterrorices
Te sobresaltas
Te sobresaltes
jij/je schrikttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'schrikken'
jij/je wordt bangtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
te"te aterrorizases":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'aterrorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  aterrorizases
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'aterrorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te alarmabas
Te alarmaras
Te alarmases
Te alarmaste
Te alborotabas
Te alborotaras
Te alborotases
Te alborotaste
Te asustabas
Te asustaras
Te asustases
Te asustaste
Te aterrorizabas
Te aterrorizaras
Te aterrorizaste
Te sobresaltabas
Te sobresaltaras
Te sobresaltases
Te sobresaltaste
jij/je schroktweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'schrikken'
jij/je werd bangtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
te"te aterrorizaste":
segunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'aterrorizarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  aterrorizaste
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'aterrorizar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te alarmabas
Te alarmaras
Te alarmases
Te alarmaste
Te alborotabas
Te alborotaras
Te alborotases
Te alborotaste
Te asustabas
Te asustaras
Te asustases
Te asustaste
Te aterrorizabas
Te aterrorizaras
Te aterrorizases
Te sobresaltabas
Te sobresaltaras
Te sobresaltases
Te sobresaltaste
jij/je schroktweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'schrikken'
jij/je werd bangtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'bang worden'
te"te atienes":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'atenerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atienes
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atener'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atengas
jij/je houdt je aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich houden aan'
te"te atormentabas":
segunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'atormentarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atormentabas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atormentar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atormentaras
Te atormentases
Te atormentaste
1.jij/je kwelde jetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich kwellen'
2Martirizarse.jij/je bezorgde je verdriettweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich verdriet bezorgen'
te"te atormentaras":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'atormentarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atormentaras
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atormentar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atormentabas
Te atormentases
Te atormentaste
1.jij/je kwelde jetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich kwellen'
2Martirizarse.jij/je bezorgde je verdriettweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich verdriet bezorgen'
te"te atormentarás":
segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'atormentarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atormentarás
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atormentar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atormentares
1.jij/je zal je kwellentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich kwellen'
2Martirizarse.jij/je zal je verdriet bezorgentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich verdriet bezorgen'
te"te atormentares":
segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'atormentarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atormentares
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atormentar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atormentarás
1.jij/je zal je kwellentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich kwellen'
2Martirizarse.jij/je zal je verdriet bezorgentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich verdriet bezorgen'
te"te atormentarías":
segunda persona singular condicional del verbo 'atormentarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atormentarías
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atormentar'
1.jij/je zou je kwellentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich kwellen'
2Martirizarse.jij/je zou je verdriet bezorgentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich verdriet bezorgen'
te"te atormentas":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'atormentarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atormentas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atormentar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atormentes
1.jij/je kwelt jetweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich kwellen'
2Martirizarse.jij/je bezorgt je verdriettweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich verdriet bezorgen'
te"te atormentases":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'atormentarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atormentases
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atormentar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atormentabas
Te atormentaras
Te atormentaste
1.jij/je kwelde jetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich kwellen'
2Martirizarse.jij/je bezorgde je verdriettweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich verdriet bezorgen'
te"te atormentaste":
segunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'atormentarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atormentaste
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atormentar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atormentabas
Te atormentaras
Te atormentases
1.jij/je kwelde jetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich kwellen'
2Martirizarse.jij/je bezorgde je verdriettweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich verdriet bezorgen'
te"te atormentes":
segunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'atormentarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atormentes
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atormentar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atormentas
1.jij/je kwelt jetweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich kwellen'
2Martirizarse.jij/je bezorgt je verdriettweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich verdriet bezorgen'
te"te atracabas":
segunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'atracarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atracabas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atracar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atracaras
Te atracases
Te atracaste
jij/je vrattweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'vreten'
te"te atracaras":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'atracarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atracaras
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atracar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atracabas
Te atracases
Te atracaste
jij/je vrattweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vreten'
te"te atracarás":
segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'atracarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atracarás
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atracar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atracares
jij/je zal vretentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vreten'
te"te atracares":
segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'atracarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atracares
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atracar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atracarás
jij/je zal vretentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vreten'
te"te atracarías":
segunda persona singular condicional del verbo 'atracarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atracarías
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atracar'
jij/je zou vretentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vreten'
te"te atracas":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'atracarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atracas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atracar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atraques
jij/je vreettweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vreten'
te"te atracases":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'atracarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atracases
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atracar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atracabas
Te atracaras
Te atracaste
jij/je vrattweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vreten'
te"te atracaste":
segunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'atracarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atracaste
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atracar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atracabas
Te atracaras
Te atracases
jij/je vrattweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'vreten'
te"te atraques":
segunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'atracarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atraques
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atracar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atracas
jij/je vreettweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vreten'
te"te atrasabas":
segunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'atrasarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrasabas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrasar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atrasabas
Atrasaras
Atrasases
Atrasaste
Te atrasaras
Te atrasases
Te atrasaste
1Atrasar
Atraso
.
jij/je liep achtertweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'achterlopen'
jij/je was achtertweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'achter zijn'
jij/je was over tijdtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'over tijd zijn'
jij/je was te laattweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'te laat zijn'
2.jij/je verlaatte jetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich verlaten'
jij/je werd vertraagdtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'vertraagd worden'
te"te atrasaras":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'atrasarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrasaras
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrasar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atrasabas
Atrasaras
Atrasases
Atrasaste
Te atrasabas
Te atrasases
Te atrasaste
1Atrasar
Atraso
.
jij/je liep achtertweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'achterlopen'
jij/je was achtertweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'achter zijn'
jij/je was over tijdtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'over tijd zijn'
jij/je was te laattweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'te laat zijn'
2.jij/je verlaatte jetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich verlaten'
jij/je werd vertraagdtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vertraagd worden'
te"te atrasarás":
segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'atrasarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrasarás
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrasar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atrasarás
Atrasares
Te atrasares
1Atrasar
Atraso
.
jij/je zal achter zijntweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'achter zijn'
jij/je zal achterlopentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'achterlopen'
jij/je zal over tijd zijntweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'over tijd zijn'
jij/je zal te laat zijntweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'te laat zijn'
2.jij/je zal je verlatentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich verlaten'
jij/je zal vertraagd wordentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vertraagd worden'
te"te atrasares":
segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'atrasarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrasares
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrasar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atrasarás
Atrasares
Te atrasarás
1Atrasar
Atraso
.
jij/je zal achter zijntweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'achter zijn'
jij/je zal achterlopentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'achterlopen'
jij/je zal over tijd zijntweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'over tijd zijn'
jij/je zal te laat zijntweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'te laat zijn'
2.jij/je zal je verlatentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich verlaten'
jij/je zal vertraagd wordentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vertraagd worden'
te"te atrasarías":
segunda persona singular condicional del verbo 'atrasarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrasarías
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrasar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atrasarías
1Atrasar
Atraso
.
jij/je zou achter zijntweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'achter zijn'
jij/je zou achterlopentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'achterlopen'
jij/je zou over tijd zijntweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'over tijd zijn'
jij/je zou te laat zijntweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'te laat zijn'
2.jij/je zou je verlatentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich verlaten'
jij/je zou vertraagd wordentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vertraagd worden'
te"te atrasas":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'atrasarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrasas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrasar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atrasas
Atrases
Te atrases
1Atrasar
Atraso
.
jij/je bent achtertweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'achter zijn'
jij/je bent over tijdtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'over tijd zijn'
jij/je bent te laattweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'te laat zijn'
jij/je loopt achtertweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'achterlopen'
2.jij/je verlaat jetweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich verlaten'
jij/je wordt vertraagdtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'vertraagd worden'
te"te atrasases":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'atrasarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrasases
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrasar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atrasabas
Atrasaras
Atrasases
Atrasaste
Te atrasabas
Te atrasaras
Te atrasaste
1Atrasar
Atraso
.
jij/je liep achtertweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'achterlopen'
jij/je was achtertweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'achter zijn'
jij/je was over tijdtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'over tijd zijn'
jij/je was te laattweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'te laat zijn'
2.jij/je verlaatte jetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich verlaten'
jij/je werd vertraagdtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vertraagd worden'
te"te atrasaste":
segunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'atrasarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrasaste
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrasar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atrasabas
Atrasaras
Atrasases
Atrasaste
Te atrasabas
Te atrasaras
Te atrasases
1Atrasar
Atraso
.
jij/je liep achtertweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'achterlopen'
jij/je was achtertweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'achter zijn'
jij/je was over tijdtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'over tijd zijn'
jij/je was te laattweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'te laat zijn'
2.jij/je verlaatte jetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich verlaten'
jij/je werd vertraagdtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'vertraagd worden'
te"te atrases":
segunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'atrasarse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrases
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrasar'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Atrasas
Atrases
Te atrasas
1Atrasar
Atraso
.
jij/je bent achtertweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'achter zijn'
jij/je bent over tijdtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'over tijd zijn'
jij/je bent te laattweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'te laat zijn'
jij/je loopt achtertweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'achterlopen'
2.jij/je verlaat jetweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich verlaten'
jij/je wordt vertraagdtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'vertraagd worden'
te"te atrevas":
segunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'atreverse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrevas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Osas
Oses
Te atreves
1Osar.jij/je bestaattweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bestaan'
jij/je durfttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je waagttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wagen'
2.jij/je wordt brutaaltweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'brutaal worden'
jij/je wordt onbeschaamdtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'onbeschaamd worden'
te"te atrevas a":
segunda persona singular presente de subjuntivo del verbo 'atreverse a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrevas
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atreves a
jij/je durfttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'durven'
te"te atreverás":
segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'atreverse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atreverás
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Osarás
Osares
Te atrevieres
1Osar.jij/je zal bestaantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bestaan'
jij/je zal durventweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je zal wagentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wagen'
2.jij/je zal brutaal wordentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'brutaal worden'
jij/je zal onbeschaamd wordentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'onbeschaamd worden'
te"te atreverás a":
segunda persona singular futuro de indicativo del verbo 'atreverse a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atreverás
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atrevieres a
jij/je zal durventweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'durven'
te"te atreverías":
segunda persona singular condicional del verbo 'atreverse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atreverías
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Osarías
1Osar.jij/je zou bestaantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bestaan'
jij/je zou durventweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je zou wagentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wagen'
2.jij/je zou brutaal wordentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'brutaal worden'
jij/je zou onbeschaamd wordentweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'onbeschaamd worden'
te"te atreverías a":
segunda persona singular condicional del verbo 'atreverse a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atreverías
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
jij/je zou durventweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden toekomende tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'durven'
te"te atreves":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'atreverse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atreves
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Osas
Oses
Te atrevas
1Osar.jij/je bestaattweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'bestaan'
jij/je durfttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je waagttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wagen'
2.jij/je wordt brutaaltweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'brutaal worden'
jij/je wordt onbeschaamdtweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'onbeschaamd worden'
te"te atreves a":
segunda persona singular presente de indicativo del verbo 'atreverse a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atreves
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atrevas a
jij/je durfttweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'durven'
te"te atrevías":
segunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'atreverse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrevías
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Osabas
Osaras
Osases
Osaste
Te atrevieras
Te atrevieses
Te atreviste
1Osar.jij/je bestondtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'bestaan'
jij/je dorsttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je durfdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je waagdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wagen'
2.jij/je werd brutaaltweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'brutaal worden'
jij/je werd onbeschaamdtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'onbeschaamd worden'
te"te atrevías a":
segunda persona singular preterito imperfecto de indicativo del verbo 'atreverse a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrevías
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atrevieras a
Te atrevieses a
Te atreviste a
jij/je dorsttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je durfdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'durven'
te"te atrevieras":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'atreverse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrevieras
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Osabas
Osaras
Osases
Osaste
Te atrevías
Te atrevieses
Te atreviste
1Osar.jij/je bestondtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bestaan'
jij/je dorsttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je durfdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je waagdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wagen'
2.jij/je werd brutaaltweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'brutaal worden'
jij/je werd onbeschaamdtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'onbeschaamd worden'
te"te atrevieras a":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'atreverse a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrevieras
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atrevías a
Te atrevieses a
Te atreviste a
jij/je dorsttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je durfdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'durven'
te"te atrevieres":
segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'atreverse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrevieres
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Osarás
Osares
Te atreverás
1Osar.jij/je zal bestaantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bestaan'
jij/je zal durventweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je zal wagentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wagen'
2.jij/je zal brutaal wordentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'brutaal worden'
jij/je zal onbeschaamd wordentweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'onbeschaamd worden'
te"te atrevieres a":
segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'atreverse a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrevieres
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atreverás a
jij/je zal durventweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'durven'
te"te atrevieses":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'atreverse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrevieses
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Osabas
Osaras
Osases
Osaste
Te atrevías
Te atrevieras
Te atreviste
1Osar.jij/je bestondtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'bestaan'
jij/je dorsttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je durfdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je waagdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'wagen'
2.jij/je werd brutaaltweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'brutaal worden'
jij/je werd onbeschaamdtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'onbeschaamd worden'
te"te atrevieses a":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'atreverse a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atrevieses
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atrevías a
Te atrevieras a
Te atreviste a
jij/je dorsttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je durfdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'durven'
te"te atreviste":
segunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'atreverse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atreviste
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Osabas
Osaras
Osases
Osaste
Te atrevías
Te atrevieras
Te atrevieses
1Osar.jij/je bestondtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'bestaan'
jij/je dorsttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je durfdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je waagdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'wagen'
2.jij/je werd brutaaltweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'brutaal worden'
jij/je werd onbeschaamdtweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'onbeschaamd worden'
te"te atreviste a":
segunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'atreverse a'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atreviste
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atrever'
  a
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'a'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atrevías a
Te atrevieras a
Te atrevieses a
jij/je dorsttweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'durven'
jij/je durfdetweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (aantonende wijs) van het werkwoord 'durven'
te"te atuvieras":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (ra) del verbo 'atenerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atuvieras
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atener'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atenías
Te atuvieses
Te atuviste
jij/je hield je aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich houden aan'
te"te atuvieres":
segunda persona singular futuro de subjuntivo del verbo 'atenerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atuvieres
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atener'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atendrás
jij/je zal je houden aantweede persoon enkelvoud onvoltooid tegenwoordige toekomende tijd (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich houden aan'
te"te atuvieses":
segunda persona singular preterito de subjuntivo (se) del verbo 'atenerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atuvieses
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atener'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atenías
Te atuvieras
Te atuviste
jij/je hield je aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aanvoegende wijs) van het werkwoord 'zich houden aan'
te"te atuviste":
segunda persona singular preterito indefinido de indicativo del verbo 'atenerse'

Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'te'
  atuviste
Haga clic para acceso al Dicconario de la Lengua Española de la REAL ACADEMIA ESPAÑOLA para la palabra 'atener'
  spalabras relacionadas:
---------------------
Te atenías
Te atuvieras
Te atuvieses
jij/je hield je aantweede persoon enkelvoud onvoltooid verleden tijd (onregelmatig) (aantonende wijs) van het werkwoord 'zich houden aan'

1e 0‑9 A B C D E F G H I J K L M N Ñ O P Q R ST U V W X Y Z ß

2e 0‑9 a de h i jlm o r s u wyz

3e_ ab c dfghij l m n ñ o pq r s t uvwxz

4e _a b c d e f g h i j l m n o p q r s t u v z

5e b c d f g h ij l m p qr st uvz

6e a e i o r u

<-- Vorige/ Anteriorpalabras comenzando con
woorden beginnend met
TE_ATVolgende/ Siguiente -->

boven